Wat is anorexia nervosa?
Anorexia nervosa is een ziekte die vrij gekend is onder de bevolking. Het standaard en stereotiep ziektebeeld bij anorexia nervosa is meestal een ondervoed, vel over been tiener- of pubermeisje dat weigert te eten. Dit is inderdaad één van de mogelijke uitingen, maar anorexia als ziekte kan ook een meer diverse doelgroep treffen: vrouwen en mannen van alle leeftijden. Belangrijk om te beseffen is dat eetstoornissen medisch als psychische stoornissen gezien worden en niet onlosmakelijk samenhangen met één bepaalde vorm of uiterlijke manifestatie. Eetstoornissen beginnen en eindigen in het hoofd van de patiënten: in de emotionele en mentale relatie die ze hebben met eten en voeding.
Er zijn twee verschillende types van anorexia nervosa:
Het eerste is het "restrictieve type": de mensen die aan dit type lijden nemen amper of slechts heel weinig voedsel op door middel van controle en strenge regels die ze zichzelf opleggen, bijv. een erg laag maximum aantal calorieën per dag. Vaak wordt er ook heel lang en veel gesport.
Het tweede type is het "eetbuien/purgerende" type. Hier wordt de anorexia gekenmerkt door een opeenvolging van eetbuien en compensatiegedrag. Met purgeren wordt zelfopgewekt braken (vinger in de keel, te veel water drinken) bedoeld en het overmatig gebruiken/misbruiken van laxeermiddelen of vocht-afdrijvende medicijnen, waardoor men continue naar toilet moet gaan. Dieetpillen kunnen ook misbruikt worden. Dit "compenserende" purgeergedrag wordt gedaan om de calorieën die men tijdens de eetbui binnenkreeg terug kwijt te geraken. Dit werkt niet, maar vaak zijn het de gedachten en de gevoelens die rond het compenseren hangen die tellen.
Er kunnen erg veel fysieke problemen optreden door dit compensatiegedrag: het gebit en de slokdarm kunnen worden aangetast door het vele braken en de zuur-zout regeling van spijsverteringsysteem kan helemaal in de war gestuurd worden. Ook kan men afhankelijk van laxeermiddelen worden om naar toilet te kunnen gaan.
Bij anorexia zijn de eetbuien gekenmerkt door controleverlies en worden ze "subjectieve eetbuien" genoemd: dat wil zeggen dat de personen zelf voelen dat ze de controle verliezen over hun eetgedrag en niet meer kunnen stoppen met eten, maar dat ze niet per se een objectief (te) grote hoeveelheid voedsel in één keer eten. Er bestaan ook "objectieve eetbuien", maar die zijn niet van toepassing op anorexia nervosa, wél bij boulimia en eetbuistoornissen. Daarover later meer.
Bovenstaande types worden van elkaar onderscheiden door het verschillende, kenmerkende gedrag. Herkenbare gedragingen zoals amper eten, overdreven sporten of overgeven zijn echter alleen maar het uiterlijk waarneembare topje van de ijsberg. Het typerende gedrag zijn symptomen. De echte kern van de eetstoornis is onzichtbaar en zit in het hoofd en hart van de patiënt. Daar vormen zich de compulsieve, dwingende gedachten, daar zit de doodangst om bij te komen of "dik" te zijn, daar broeit de zelfhaat en de schaamte.
Mensen met anorexia (en andere eetstoornissen) ervaren een constante staat van "body dysmorphia": dit is een continue staat van onbehagen met je eigen lichaamsbeleving en jezelf ook zien en voelen als fout, gebrekkig, niet (goed) genoeg. Je kan jezelf, je gewicht en je uiterlijk niet meer objectief of realistisch bekijken of beoordelen. Vanuit deze gevoelens en gedachten vloeit het verstoord eetgedrag voort. Naast deze problematische relatie met het lichaam en het eetgebeuren, kan controle uitoefenen ook een drijfveer zijn achter anorexia nervosa. Soms gebeurt het dat het leven overweldigend en losgeslagen voelt, en dan kunnen voeding en je eigen lichaam de enige, en welgekomen, plaatsen zijn waar je wél nog controle op kan uitoefenen. Dit wordt dan een ere zaak en wordt als sterkend ervaren door de patiënten.
Medisch en diagnostisch wordt er een verschil gemaakt in de "ernst" van anorexia aan de hand van het lichaamsgewicht van de patiënt. Wanneer een patiënt geen klinisch ondergewicht heeft, maar wel de psychologische en gedragsmatige kenmerken, spreekt men over "atypische anorexia". Dit is mogelijks een problematisch onderscheid, omdat het gevaar en de ernst van de ziekte dan precies pas (h)erkend wordt wanneer het zich uiteindelijk uit in medisch schadelijk ondergewicht. Het echte, en minst makkelijk te genezen, gevaar zit echter in de psychologische en emotionele leefwereld van de patiënten. De kernproblematiek zit in de verstoorde relatie die de patiënt heeft met voedsel, het eetgebeuren en hun lichaam(sbeeld). Klinisch ondergewicht is, net zoals het typerend gedrag, een symptoom, en niet de kern van het probleem. Eetproblemen en gewichtsproblemen hangen ook niet per se samen. Iemand met ondergewicht heeft niet per se anorexia nervosa en iemand met een gezond of normaal lichaamsgewicht kan evengoed wél anorexia nervosa hebben, qua gedragingen en mentale beleving, zoals in het voorbeeld dat ik hierboven gaf.
Lees meer
Lees minder